Macromoleculen zijn reuzen van de atomaire wereld. Het voorvoegsel "macro-" betekent "zeer grote schaal". Macromoleculen verdringen inderdaad andere moleculen die betrokken zijn bij de chemie van het leven, zoals keukenzout (NaCl) of water (H2O). … In wezen is een macromolecuul een enkel molecuul dat bestaat uit vele covalent gekoppelde subeenheidmoleculen.
Wat is geen macromolecuul?
Er zijn drie echte grote macromoleculen en dus polymeren (koolhydraten, eiwitten en nucleïnezuren) en één die niet echt een macromolecuul is (lipiden).
Wat wordt beschouwd als een macromolecuul?
Koolhydraten, nucleïnezuren en eiwitten komen in de natuur vaak voor als lange polymeren. Vanwege hun polymere aard en hun grote (soms enorme!) omvang, worden ze geclassificeerd als macromoleculen, grote (macro-)moleculen gemaakt door de samenvoeging van kleinere subeenheden.
Wat zijn de 5 macromoleculen?
Biologische macromoleculen, de grote moleculen die nodig zijn voor het leven, omvatten koolhydraten, lipiden, nucleïnezuren en eiwitten.
Wat zijn de 4 belangrijkste biologische macromoleculen?
De vier belangrijkste klassen van biologische macromoleculen zijn koolhydraten, lipiden, eiwitten en nucleïnezuren.