Tijdens contractie verandert de A-band niet van lengte(2), hoewel de sarcomeer wordt korter, de afstand tussen Z-lijnen wordt kleiner en de I- en H-banden worden smaller.
Wat zijn vernauwingen tijdens spiercontractie?
Uitleg: Tijdens spiercontractie trekken de myosinekoppen de actinefilamenten naar elkaar toe, wat resulteert in een verkort sarcomeer. Terwijl de I-band en H-zone verdwijnen of korter worden, blijft de A-bandlengte ongewijzigd.
Welke van de volgende dingen gebeurt er tijdens contracties van skeletspieren?
Wanneer gesignaleerd door een motorneuron, trekt een skeletspiervezel samen als aan de dunne filamenten wordt getrokken en glijdt dan langs de dikke filamenten in de sarcomeren van de vezel. Dit proces staat bekend als het glijdende filamentmodel van spiercontractie (Figuur 10.10).
Welke gloeidraad beweegt tijdens spiercontractie?
Volgens de glijdende filamenttheorie glijden de myosine (dikke) filamenten van spiervezels langs de actine (dunne) filamenten tijdens spiercontractie, terwijl de twee groepen filamenten blijven op relatief constante lengte.
Wat is de glijdende filamenttheorie van spiercontractie?
De glijdende filamenttheorie beschrijft het mechanisme waardoor spieren kunnen samentrekken. Volgens deze theorie is myosine (een motoreiwit) bindt aan actine. De myosine verandert dan zijn configuratie, wat resulteert in een "slag" die aan het actinefilament trekt en ervoor zorgt dat het over het myosinefilament glijdt.