: om goedkeuring te uiten, vooral door in de handen te klappen. Het publiek applaudisseerde aan het einde van de voorstelling. 1: om goedkeuring te betuigen van: lof Ik juich haar inspanningen om gewicht te verliezen toe. 2: om goedkeuring te tonen van vooral door in de handen te klappen Toeschouwers applaudisseerden voor het team.
Is toegejuicht een actiewerkwoord?
Als een groep mensen applaudisseert, klappen ze in hun handen om goedkeuring te tonen, bijvoorbeeld als ze hebben genoten van een toneelstuk of concert. Als een houding of actie wordt toegejuicht, prijzen mensen het.
Welk type werkwoord wordt toegejuicht?
1[intransitive, transitief] om je goedkeuring van iemand of iets te tonen door te klappen (=je handen tegen elkaar slaan) Hij begon te applaudisseren en de anderen deden mee. applaudisseren voor iemand Ze stonden op om de spreker te applaudisseren. Ze kreeg applaus toen ze op het podium kwam.
Hoe gebruik je applaudisseren in een zin?
Applaudisserend voorbeeld van een zin
- De graaf zat in de balzaal, stralend glimlachend en applaudisserend voor de spelers. …
- Dit is de versie waarbij het hele publiek stond te applaudisseren. …
- Het publiek schreeuwde en applaudisseerde, we waren helemaal in vervoering.
Is applaudisseren een bijwoord?
(manier) Op een plausibele manier. (modaal) Niet falsifieerbaar, gebaseerd op beschikbare feiten en algemene kennis.