Doxorubicine wordt geleverd als een oplossing (vloeistof) of als een poeder dat moet worden gemengd met vloeistof om intraveneus (in een ader) te worden geïnjecteerd door een arts of verpleegkundige in een medische instelling. Het wordt gewoonlijk eenmaal per 21 tot 28 dagen gegeven.
Wat is de indicatie van doxorubicine?
Doxorubicine is ook geïndiceerd voor de behandeling van kanker van de eierstokken, prostaat, maag en schildklier; kleincellige longkanker, lever; plaveiselcelkanker van hoofd en nek; multipel myeloom, de ziekte van Hodgkin, lymfomen, acute lymfatische leukemie (ALL) en acute myeloïde leukemie (AML).
Wat wordt beschouwd als een speciale voorzorgsmaatregel van het medicijn doxorubicine?
Vertel het uw arts meteen als u pijn op de borst, verminderde urineproductie, onregelmatige hartslag, moeite met ademhalen, snelle gewichtstoename of zwelling van uw handen, enkels of voeten heeft. Dit geneesmiddel kan het risico op nieuwe vormen van kanker verhogen, zoals acute myeloïde leukemie (AML) of myelodysplastisch syndroom (MDS).
Wat moet ik controleren voordat ik doxorubicine geef?
Uw arts zal uw hartfunctie controleren (met een ECHO-test) voordat u Doxorubicine mag innemen en uw hart tijdens uw behandeling nauwlettend in de gaten houden. Dosisgerelateerde hartproblemen kunnen pas 7 of 8 jaar na beëindiging van de behandeling optreden.
Hoe geef je doxorubicine?
Doxorubicine wordt intraveneus en intravesicaal toegediend en mag nietoraal, subcutaan, intramusculair of intrathecaal toegediend. Doxorubicine kan intraveneus worden toegediend als bolus binnen enkele minuten, als korte infusie gedurende maximaal een uur of als continue infusie gedurende maximaal 96 uur.