Bergmann's regel stelt dat organismen op hogere breedtegraden groter en dikker moeten zijn dan die dichter bij de evenaar om warmte beter vast te houden, en de regel van Allen stelt dat ze korter en dikker zullen zijn ledematen op hogere breedtegraden.
Zijn de regels van Bergmann en Allen van toepassing op mensen?
Het is algemeen aanvaard dat de moderne mens voldoet aan de regel van Bergmann, die stelt dat de lichaamsgrootte bij endotherme soorten zal toenemen naarmate de temperatuur da alt. … Onze studie suggereert dus dat moderne mensen zich wel conformeren aan de regel van Bergmann, maar alleen als er grote verschillen zijn in breedtegraad en temperatuur tussen groepen.
Wat zijn de regels van Allen en Bergmann om quizlet uit te leggen?
De regels van Allen en Bergmann zijn gebruikt om het volgende uit te leggen: worden gebruikt om de typisch zwaardere lichaamstypes van mensen uit Arctische gebieden te verklaren in vergelijking met equatoriale mensen. Als je toevallig in een bus vol Neanderthalers stapt, volgens recente reconstructies, jij.
Wat wordt bedoeld met de regel van Allen?
[ăl′ənz] Het principe dat in een warmbloedige diersoort met verschillende geografische populaties, de ledematen, oren en andere aanhangsels van de dieren die in koude klimaten leven, meestal korter zijn dan bij dieren van dezelfde soort die in warme klimaten leven.
Wat drijft de regel van Bergmann?
Regel van Bergmann: lichaamsgrootte is groot in koude klimaten en klein in warme klimaten. Grootlichamen hebben een kleinere oppervlakte-volumeverhouding. Beide regels veroorzaken systematische veranderingen in de oppervlakte-volumeverhoudingen. In koude klimaten waar je warmte moet vasthouden, dus lichamen zijn groter en compacter.