hylomorfisme, (van het Grieks hylē, "materie"; morphē, "vorm"), in de filosofie, metafysische visie volgens welke elk natuurlijk lichaam bestaat uit twee intrinsieke principes, één potentiële, namelijk primaire materie, en één feitelijke, namelijk substantiële vorm. Het was de centrale doctrine van Aristoteles' natuurfilosofie.
Wat is hylomorfe theorie?
de van Aristoteles afgeleide theorie dat elk fysiek object is samengesteld uit twee principes, een onveranderlijke prime-materie en een vorm die bij elke substantiële verandering van het object van werkelijkheid is beroofd.
Wat is het verschil tussen dualisme en hylomorfisme?
De hylomorfe positie is die van Aristoteles, in die zin dat de ziel de entelecheia, of substantiële vorm, is van het lichaam dat als materie wordt beschouwd. De dualistische positie is dat de ziel een afzonderlijke substantie is die het lichaam bestuurt, zelf ook een substantie.
Hoe begreep Aristoteles het concept van hylomorfisme?
Aristoteles past zijn theorie van hylomorfisme toe op levende wezens. Hij definieert een ziel als dat wat een levend wezen levend maakt. … Daarom is een ziel een vorm - dat wil zeggen een specificerend principe of oorzaak - van een levend wezen. Bovendien zegt Aristoteles dat een ziel verwant is aan haar lichaam als vorm aan materie.
Wat zijn de twee Griekse woorden van hylomorfisme?
Aristoteles beweert dat elk fysiek object een samenstelling is van materie enhet formulier. Deze doctrine wordt "hylomorfisme" genoemd, een samentrekking van de Griekse woorden voor materie (hulê) en vorm (eidos of morphê).