In geiger marsden verstrooiingsexperiment?

Inhoudsopgave:

In geiger marsden verstrooiingsexperiment?
In geiger marsden verstrooiingsexperiment?
Anonim

Dit model is in 1909 getest door de wetenschappers Geiger en Marsden. Ze zetten een zeer dunne laag goudfolie op en vuurden alfadeeltjes af - radioactieve deeltjes met eenpositieve lading - bij het goud. … In feite werden de alfadeeltjes veel meer afgebogen dan verwacht - sommige leken bijna recht terug te stuiteren.

Wat zijn de experimentele waarnemingen van het Geiger-Marsden-verstrooiingsexperiment?

De Geiger-Marsden-experimenten (ook wel het Rutherford-goudfolie-experiment genoemd) waren een baanbrekende reeks experimenten waardoor wetenschappers ontdekten dat elk atoom een kern heeft waar al zijn positieve lading en de meeste van zijn massa is geconcentreerd.

Wat ontdekte het Geiger-Marsden-experiment?

Ook bekend als de Geiger-Marsden-experimenten, omvatte de ontdekking eigenlijk een reeks experimenten die werden uitgevoerd door Hans Geiger en Ernest Marsden onder Ernest Rutherford. Met het experimentele bewijs van Geiger en Marsden leidde Rutherford een model van het atoom af, ontdekking van de atoomkern.

Wat was het resultaat van het alfaverstrooiingsexperiment van Geiger en Marsden?

Geiger en Marsden toonden aan dat het aantal verstrooide alfadeeltjes als functie van de verstrooiingshoek consistent was met een kleine, geconcentreerde positieve kern. Tot hoeken van meer dan 140 graden verscheen de kern als een positieve puntlading, dus deze gegevens klopten nietde nucleaire grootte.

Waarom gebruiken we een heel dun bladgoud in het Geiger-Marsden-experiment?

Godl-folie die in het Geiger-marsden-experiment wordt gebruikt, is ongeveer 10^(-8) dik. Dit zorgt ervoor. De verstrooiingsgegevens zijn geanalyseerd door gebruik te maken van Rutherford's nucleaire model van het atoom. Omdat de goudfolie erg dun is, kan aangenomen worden dat α-deeltjes niet meer dan één verstrooiing zullen ondergaan tijdens hun passage erdoor.