Asters, van het Latijnse woord voor 'ster', zijn stervormige structuren in de kern van dierlijke cellen die vlak voor mitose of meiose zijn geconstrueerd. Asters maken deel uit van het cytoskelet of de structurele component van de cel. Ze zijn gemaakt van microtubuli, filamenten gemaakt van een eiwit dat tubuline wordt genoemd.
Wat is een aster in een cel?
Definitie. zelfstandig naamwoord, meervoud: asters. (celbiologie) Een stervormige cluster van microtubuli die uitstra alt vanuit het pericentriolaire gebied, en gezien direct voor en tijdens de mitose van een dierlijke cel.
Is aster aanwezig in plantencel?
Een aster is een cellulaire structuur in de vorm van een ster, bestaande uit een centrosoom en de bijbehorende microtubuli tijdens de vroege stadia van mitose in een dierlijke cel. Asters vormen zich niet tijdens mitose in planten.
Zijn er asters in de interfase?
Mitotische en interfase-asters verschillen aanzienlijk in grootte, en alleen interfase-asters overspannen de cel. De groei van interfase-asters vindt plaats door een mechanisme dat ervoor zorgt dat de dichtheid van de microtubuli aan de periferie van de aster ongeveer constant blijft naarmate de straal groter wordt.
Wat is de functie van aster in een cel?
De belangrijkste functie van asters is om de twee centriolen op de twee tegenovergestelde polen vast te houden en het spindelapparaat te helpen positioneren tijdens nucleaire deling. Volledig antwoord: een aster is een stervormige celstructuur, bestaande uit een centrosoomen de bijbehorende microtubuli.