luister); ook geschreven Johann Evangelist Purkinje) (17 of 18 december 1787 - 28 juli 1869) was een Tsjechische anatoom en fysioloog. In 1839 bedacht hij de term protoplasma voor de vloeibare substantie van een cel.
Wat ontdekte Purkinje in 1839?
Purkinje, grondlegger van laboratoriumopleidingen in verband met universitair onderwijs in Duitsland, is vooral bekend vanwege zijn ontdekking van grote zenuwcellen met veel vertakkingen gevonden in de cortex van het cerebellum van de hersenen (Purkinje-cellen; 1837) en van het fibreuze weefsel dat de pacemaker-stimulus langs … geleidt
Hoe ontdekte Purkinje protoplasma?
Hij was de eerste persoon die een microtoom op het gebied van microscopie gebruikte om dunne plakjes van het monster te maken dat onder de samengestelde microscoop moest worden waargenomen. We kunnen dus concluderen dat Purkinje de term protoplast introduceerde in 1939.
Wanneer ontdekte Purkinje?
Na een periode van rouw concentreerde Purkinje zich op zijn werk. Gedurende deze tijd deed hij zijn bekendste ontdekkingen. In 1837 ontdekte en beschreef hij de grote hersencellen in de middelste laag van het cerebellum (Purkinje-cellen).
Wie heeft de Purkinje-cel ontdekt?
Jan Evangelista Purkyně (Purkinje), werkzaam aan de Universiteit van Breslau in Breslau, Pruisen, ontdekte deze cellen in het midden van de negentiende eeuw. In 1832 behaalde hij een Plössl achromatischmicroscoop, die twee kleuren tegelijkertijd in beeld bracht, en hij onderzocht de structuur van de cellen bij schapen.