De drie stappen zijn als volgt: Stap 1: Non-opioïde analgetica zoals ASA, NSAID's, paracetamol (+/- adjuvantia) voor milde pijn. Als de pijn aanhoudt/verergert, ga dan verder met stap 2. Stap 2: "Zwakke" opioïde zoals codeïne of oxycodon (+/- niet-opioïden en hulpstoffen) voor matige pijn.
Wie stapt op de ladder?
De drie stappen zijn: Stap 1 Niet-opioïde plus optionele adjuvante analgetica voor milde pijn; Stap 2 Zwakke opioïde plus niet-opioïde en adjuvante analgetica voor milde tot matige pijn; Stap 3 Sterke opioïde plus niet-opioïde en adjuvante analgetica voor matige tot ernstige pijn.
WIE betekent pijnladder?
De WHO-pijnladder vermeldt codeïne, hydrocodon en tramadol als "zwakke opioïden" en morfine, oxycodon, methadon, hydromorfon en fentanyl als "sterke opioïden."
Wat is een tweede stap behandeling voor matige pijn?
Tweede stap. Matige pijn: zwakke opioïden (hydrocodon, codeïne, tramadol) met of zonder niet-opioïde analgetica, en met of zonder adjuvantia. Derde stap.
Hoe behandel je matige/ernstige pijn?
Acetaminophen is de eerstelijnsbehandeling voor de meeste milde tot matige acute pijn. Ibuprofen en naproxen (Naprosyn) zijn goede, eerstelijns NSAID's voor milde tot matige acute pijn op basis van effectiviteit, bijwerkingenprofiel, kosten en vrij verkrijgbare beschikbaarheid.