Sago komt uit Zuidoost-Azië, grotendeels Thailand, Indonesië en Maleisië. Sago-parels lijken op het geparelde zetmeel van cassavezetmeel (tapioca) en aardappelzetmeel, en ze kunnen soms door elkaar worden gebruikt in recepten, maar Abrahams adviseert dat sago een betere optie is dan tapioca voor deze pudding.
Waar komt sago vandaan?
Sagopalm (Metroxylon sagu) is ontstaan in het gebied dat zich uitstrekt van Molukken van Indonesië tot Nieuw-Guinea. Sagopalm is een tropische plant die wordt gekweekt in Zuidoost-Azië en Oceanië, waar hij kan overleven in een moerassige veenomgeving.
Hoe wordt sago gemaakt?
Het wordt ook wel sago of sabudana genoemd. Het wordt gemaakt door rauwe tapiocawortels in een tank te pletten en het verkregen sap te bewaren totdat het een pasta wordt. Van deze pasta wordt vervolgens met een machine kleine ronde witte balletjes gemaakt. Ze zijn zacht, sponsachtig en taai van smaak.
Wat is het verschil tussen sago en tapioca?
Sago is een eetbaar zetmeel dat is gemaakt van het merg van een reeks tropische palmbomen. Het is een hoofdvoedsel in delen van de tropen. Tapiocaparels daarentegen worden gemaakt met tapioca of het zetmeel van cassave, een wortelgewas. Het gebruik van beide zetmeelsoorten is niet altijd uitwisselbaar.
Is sago gemaakt van cassave?
Sabudana, ook bekend als Sago, is een Indiase naam voor Tapioca-parels. Het is niets anders dan een bijproduct van de cassaveplantwortels, en het is over het algemeen verkrijgbaar in de vorm van ronde korrels. In India kun je heerlijke gerechten proeven die zijn gemaakt van Tapioca-parels, waaronder Kheer, Khichdi en Vada.