In middeleeuwse muziek was de Guidonische hand een geheugensteuntje dat werd gebruikt om zangers te helpen bij het leren zingen. Een of andere vorm van het apparaat is mogelijk gebruikt door Guido van Arezzo, een middeleeuwse muziektheoreticus die een aantal verhandelingen schreef, waaronder een die zangers instrueerde in sightreading.
Wat wordt bedoeld met de Guidonische hand?
: een middeleeuwse figuur die een linkerhand voorstelt, op de gewrichten en vingertoppen gelabeld met de namen van de tonen van het gamma (zie gamma-zin 1a) en gebruikt in solfège onderwijzen.
Wie heeft de Guidonische hand gemaakt?
gwee-DOE-nee-an hand
Het eerste systeem voor het leren van muziek, ontwikkeld in de 11e eeuw door Guido d'Arezzo. Hij gaf elke noot een naam, Ut, Re, Mi, Fa, sol en La (dus de oorsprong van solfège), en ontwierp het systeem om noten op horizontale lijnen te plaatsen om toonhoogtes te noteren (dus de oorsprong van de notenbalk).
Hoe werd muziek onderwezen met behulp van de Guidonische hand?
Uit de Mathes-collectie. Muziek en noten kunnen worden aangeleerd door de "Guidonische hand", een apparaat dat populair is geworden door Guido, waardoor de alfabetische noten en de daarop gebaseerde akkoorden gemakkelijk toegankelijk zijn. Instructeurs door de middeleeuwen beschouwden deze harmonische hand als een van de beste manieren om zangles te geven.
Waar heeft de Guidonische hand uiteindelijk toe geleid of geworden?
In 1025 zorgde Guido D'Arezzo voor een revolutie in de muzieknotatie door de vierregeligenotenbalk, een primitieve vorm van notatie die uiteindelijk leidde tot de ontwikkeling van de vijfregelige notenbalknotatie die vandaag de dag nog steeds in de moderne muziek wordt gebruikt.