In het Compton-effect botsen individuele fotonen met enkele elektronen die vrij of vrij losjes gebonden zijn in de atomen van materie. … Door de relatie tussen energie en golflengte hebben de verstrooide fotonen een langere golflengte die ook afhangt van de grootte van de hoek waarover de röntgenstralen werden afgeleid.
Wat gebeurt er in het Compton-effect?
In het Compton-effect hebben Röntgenstralen die door sommige materialen worden verstrooid, een andere golflengte dan de golflengte van de invallende röntgenstralen. Dit fenomeen heeft geen klassieke verklaring. … Comptonverstrooiing is een inelastische verstrooiing, waarbij verstrooide straling een langere golflengte heeft dan die van invallende straling.
Waarom treedt het Compton-effect op?
Het treedt op vanwege de interactie van het foton (röntgenstraal of gamma) met vrije elektronen (niet aan atomen gehecht) of losjes gebonden valentieschil (buitenste schil) elektronen. … Het Compton-effect is een gedeeltelijk absorptieproces en aangezien het oorspronkelijke foton energie heeft verloren, wordt dit Compton-verschuiving genoemd (d.w.z. een verschuiving van golflengte/frequentie).
Wat is het Compton-effect en de afleiding ervan?
Compton-effect wordt gedefinieerd als het effect dat wordt waargenomen wanneer röntgen- of gammastralen worden verstrooid op een materiaal met een toename in golflengte. Arthur Compton bestudeerde dit effect in het jaar 1922. Tijdens het onderzoek ontdekte Compton dat de golflengte niet afhankelijk is van de intensiteit van de invallende straling.
Hoe gaat hetCompton-ploegen berekend?
15, krijgen we de relatie voor de Compton-verschuiving: λ′−λ=hm0c(1−cosθ). De factor h/m0c wordt de Compton-golflengte van het elektron genoemd: λc=hm0c=0.00243nm=2.43pm.