In Schotland begon Thomas Allinson in de jaren 1880 te pleiten voor zijn 'Hygiënische geneeskunde', waarbij hij een natuurlijk dieet en lichaamsbeweging promootte met het vermijden van tabak en overwerk. De term natuurgeneeskunde werd in 1895 bedacht door John Scheel en gekocht door Benedict Lust, die door natuurgenezers wordt beschouwd als de "vader van de Amerikaanse natuurgeneeskunde".
Wanneer is natuurgeneeskunde ontstaan?
De moderne vorm van natuurgeneeskunde kan worden herleid tot 18e- en 19e-eeuwse natuurlijke geneeswijzen. Dergelijke systemen omvatten hydrotherapie (watertherapie), die populair was in Duitsland en natuurgenezing, ontwikkeld in Oostenrijk, en gebaseerd op het gebruik van voedsel, lucht, licht, water en kruiden om ziekten te behandelen.
Wie heeft de natuurgeneeskundige geneeskunde opgericht?
Als een uitgesproken Amerikaans beroep in de gezondheidszorg, is de natuurgeneeskundige geneeskunde 100 jaar oud en vindt haar oorsprong in Dr. Benedict Lust. Dr. Lust kwam vanuit Duitsland naar de Verenigde Staten om de hydrotherapietechnieken te oefenen en te onderwijzen die door Sebastian Kneipp in Europa populair waren geworden.
Waar komt het woord natuurgeneeskundige vandaan?
In Noord-Amerika gaat de natuurgeneeskundige geneeskunde terug naar Dr. Benedict Lust. Hij gebruikte de term 'naturopathie' om een klinische praktijk te beschrijven, waarin natuurlijke geneeswijzen als botanische geneeskunde, homeopathie, voedingstherapie, manipulatieve therapie, acupunctuur en leefstijladvisering zijn geïntegreerd.
Zijn natuurgenezers echte dokters?
Hoewel ze "zeer zeker geen medische artsen " zijn, zei O'Reilly dat natuurgenezers een "zeer vergelijkbare opleiding" hebben en dat het belangrijkste verschil tussen een conventionele en natuurgeneeskundige arts hun “filosofische benadering” van patiënten.