IJzer wordt opgeslagen, meestal in de lever, als ferritine of hemosiderine. Ferritine is een eiwit met een capaciteit van ongeveer 4500 ijzer(III)-ionen per eiwitmolecuul. Dit is de belangrijkste vorm van ijzeropslag. Als de opslagcapaciteit van ijzer in ferritine wordt overschreden, vormt zich een complex van ijzer met fosfaat en hydroxide.
Waar wordt uw ferritine opgeslagen?
Ferritine wordt in veel lichaamscellen aangetroffen, maar vooral in de lever, milt, beenmerg en in reticulo-endotheelcellen. Ferritine speelt een belangrijke rol bij de opname, opslag en afgifte van ijzer. Als opslagvorm van ijzer blijft ferritine in de lichaamsweefsels totdat het nodig is voor erytropoëse.
Waar moeten de ferritinewaarden zijn?
De resultaten kunnen enigszins verschillen tussen laboratoria, maar over het algemeen variëren de normale ferritinespiegels van 12 tot 300 nanogram per milliliter bloed (ng/ml) voor mannen en 12 tot 150 ng/ml voor vrouwen.
Slaat de lever ferritine op?
IJzer wordt opgeslagen in de lever in de kernen van ferritineschillen en als hemosiderine, een onoplosbaar product dat is afgeleid van ijzerrijk ferritine. IJzer in hepatocyten stimuleert de translatie van ferritine-mRNA en onderdrukt de transcriptie van DNA voor transferrine- en transferrinereceptoren.
Waar wordt ijzer in het lichaam opgeslagen?
Ongeveer 70 procent van het ijzer in je lichaam wordt aangetroffen in de rode bloedcellen van je bloed genaamdhemoglobine en in spiercellen genaamd myoglobine. Hemoglobine is essentieel voor het overbrengen van zuurstof in uw bloed van de longen naar de weefsels. Myoglobine, in spiercellen, accepteert, slaat op, transporteert en geeft zuurstof af.