Voltaire voerde aan dat religieuze onverdraagzaamheid in strijd was met de natuurwet en erger was dan het “recht van de tijger” (1763) … De menselijke wet moet in elk geval gebaseerd zijn op natuurwet. Over de hele wereld is het grote principe van beide: doe anderen niet aan wat je zou willen dat zij jou niet aandoen.
Wat geloofde Voltaire over mensenrechten?
Voltaire stond bekend om zijn scherpe humor, filosofische geschriften en verdediging van burgerlijke vrijheden, waaronder vrijheid van religie en het recht op een eerlijk proces. Hij was een uitgesproken voorstander van sociale hervormingen, ondanks de strikte censuurwetten in Frankrijk en strenge straffen voor degenen die ze overtreden.
Wat waren de overtuigingen van Voltaire?
Voltaire geloofde vooral in de werkzaamheid van de rede. Hij geloofde dat sociale vooruitgang door de rede kon worden bereikt en dat geen enkele autoriteit - religieus of politiek of anderszins - immuun zou moeten zijn voor uitdaging door de rede. Hij benadrukte in zijn werk het belang van tolerantie, vooral religieuze tolerantie.
Voor welke rechten vocht Voltaire?
Voltaire verdedigde vrijheid van denken Hij pleitte voor een maatschappelijk betrokken type literatuur. Ondertussen verwierp hij alles wat irrationeel en onbegrijpelijk was en verdedigde hij de vrijheid van denken. Zijn strijdkreet was "écrasez l'infâme" ("laten we het kwade verpletteren"), verwijzend naar religieus bijgeloof.
Met wie was Voltaire het oneensmet?
Voltaire (1696-1778) en Rousseau (1712-1778) zijn de twee belangrijkste intellectuele makers van het moderne Europa. Ze vielen allebei het feodalisme aan, het heersende systeem in Frankrijk van die tijd. Ze vulden elkaar aan, Voltaire benadrukte de rede en Rousseau benadrukte emotie.